
Na een nachtje slapen alsof we door een zen-boeddhist waren ingestopt, werden we heerlijk uitgerust wakker. Ik gooide de terrasdeuren open en BAM daar stond de zon al te stralen alsof hij een prijs had gewonnen. Een warme bries gaf me een knuffel (ik knuffelde natuurlijk terug, beleefd als ik ben), en het uitzicht deed de rest: pure vakantie in HD.
De kinderen lagen nog in comateuze toestand verspreid over hun bedden, dus ik greep mijn kans en pakte m’n boek erbij. Al het blauw van de hemel, en ik zat er meteen weer helemaal in. Spoiler: de lucht is inderdaad nog steeds blauw.
Vedran en ik besloten ondertussen een sneaky boodschappenmissie te doen. Want: honger. En: koffie. En: kinderen merken toch niets als je zachtjes wegsluipt. We scoorden vers brood, sap, lekkers en kwamen terug als ontbijthelden. Iedereen blij, inclusief wijzelf.
Het ontbijt aan tafel was zó’n contrast met thuis. Daar is het meer: “Hé, eet even iets en ga je dan klaarmaken” terwijl ik met een tandenborstel in mijn mond iedereen goedemorgen wens voorbij loopt of soms niet eens dan lopen we elkaar gewoon mis. Maar hier? Rust, tijd, aandacht. En heerlijke broodjes die geen supermarktverpakking had gezien. Luxe!
Daarna was het: zwemspullen aan, zonnebrand smeren alsof je leven ervan afhangt, en hop het strand op. De zee was helder, uitnodigend en… koud. Maar hé, even schrikken en je zwemt als een dolfijn. De snorkels gingen op en ik dook zó een school visjes in. Honderden kleine zilveren flitsjes max 4 cm, maar ze deden alsof ze in Finding Nemo meespeelden.
Dani spotte ergens nog een regenboogvis (of iets wat daarop leek), en Thara hoorde ik vanaf de kant vooral gieren van het lachen door het het blaaspijpje van haar snorkel wat per ongeluk leek alsof ze op de scheepstoeter drukte.
Na al dat geplons besloten we de hitte even te ontwijken. Terug naar het appartement, even op het terras zitten of liggen in de airco, een glaasje kouds erbij, beetje chillen. Pure vakantiekunst.
In de namiddag gingen we gewoon nóg een keer naar het strand ronde twee! De zon was iets milder, er kwam een zacht briesje, en het leven voelde precies zoals het bedoeld is: warm, zoutig en het geluid van de zee. Toen ik even op het strand aan het zonnen was kwam er ook nog even een vlinder op mijn voet chillen.
Na een flinke portie strandgenoegzaamheid trokken we ons terug, frisden ons op en gingen op naar het avondprogramma: zwieren door Trogir! Wat een sfeertje daar. Smalle straatjes, knusse steegjes, en een prachtige boulevard met de mooiste jachten. We vonden een heerlijk restaurantje in een van de smalle straatjes waar ik eindelijk vis kon eten waar ik zo naar uitgekeken had.
We sloten natuurlijk af met een ijsje zoals het hoort. Want een dag zonder ijsje is als een stranddag zonder zee: gek en onnatuurlijk.
Na een kleine wandeling terug naar de auto reden we voldaan richting huis. De kids op de achterbank. En wij? Wij dachten allebei hetzelfde: dit is ’m. Dit is vakantie.


Reactie plaatsen
Reacties